Biodiversiteit is een hot item. Een diversiteit aan verschillende levensvormen zorgt nu eenmaal voor een gezond ecosysteem. En precies dát wil ik in mijn eigen tuin.
Sinds 2004 woon ik in een nieuwbouwwijk. Gebouwd op poldergrond wat rijk was aan turf. Ooit een landschap van kleinschalige en veelvormige kavels, omsloten door houtsingels. De wegen, boerderijen en het nabijgelegen dorp lagen op hogere dekzandruggen. Door turfwinning en ontwatering verdween het veen. Daar bovenop geteld het nieuwbouwproject en voilà: veel, heel veel wit zand.
Door de arme grond kostte het tijd, aandacht en veel spitten om mijn moestuintje ‘rijk’ te maken. Maar inmiddels doet ie ‘t al jaren heel goed. Ieder voorjaar stop ik met zorg zaden in de grond en pluk er letterlijk veel vruchten van. Ik zaai het liefste in de volle grond met biologische zaadgoed van De Bolster of Bingenheim. Van alle gewassen laat ik minimaal 1 plant staan die mooi gaat bloeien (dat vindt mijn bijenvolkje ook heel leuk) en vervolgens zaad gaat aanmaken. Het oogsten van de zaadjes vraagt een beetje inlezen, maar vooral geduld en aandacht. Na het oogsten laat ik ze goed drogen voor het aankomende zaaiseizoen. Ik kan je bijna niet uitleggen hoe blij ik word als de eerste kiempjes van mijn eigen geoogste zaadjes boven de grond komen.
Dat alles begint bij een goede bodem snappen we allemaal. Wormen spelen een sleutelrol in ieder kringloopsysteem. Ze zorgen voor een gezonde bodemstructuur en zijn een belangrijke voedselbron voor vogels. Charles Darwin zei 150 jaar geleden al: “Alle vruchtbare aarde is gemaakt door
wormen.” En in mijn zoektocht naar meer biodiversiteit werd ik geïnspireerd door deze kronkelaars die plantenresten verteren en besloot ik mijn eigen wormenimperium op te starten. Alles start natuurlijk met een strak plan. Hoeveel groenteafval heb je en hoeveel ruimte heb je om een goed onderkomen neer te zetten voor onze grondwerkers? Ik eet veel verse groenten en heb een tuin met best veel snoeiafval. O ja, en ik ben een koffieliefhebber. Mijn wormenhotel bestaat uit 3 zwarte kratjes (die je tegenwoordig veel voorop fietsen ziet) en staat op een strategische plek in de voortuin; vlakbij de keuken, niet in de volle zon en uit de buurt van mijn favoriete plekje om ’s morgens koffie te drinken. Op Odin.nl/nieuws kun je lezen hoe je in een paar stappen je eigen wormentoren kunt maken.
Biodiversiteit begint bij mij met gifvrij en zoveel mogelijk met de seizoenen mee te eten. Verder kies ik steeds vaker voor plantaardig, zaai ik bloemen, verzorg ik eigen bijen en ben ik bezig om stap voor stap de tuin te ont-tegelen. Met een beetje inlezen, creativiteit en durf creëer je best makkelijk een super kringloopje in je eigen tuin. Je zult zien dat er meer leven in je tuin komt; vogels, insecten en niet te vergeten; je eigen wormen!
Hier vertel ik je hoe je in een paar stappen heel makkelijk zelf een wormenhotel maakt. Leuk als je je ervaringen met ons deelt via #odinfoodcoop.
Door Marina de Smit