2 handperen, niet te rijp
2 dl. water
stukje sinaasappel- of citroenschil
20 g rozijnen
1 el. perendiksap of suiker
1/2 el. meel of arrowroot
-
-
-
-
Schil de peren, snijd ze in vieren en verwijder het klokhuis. Snijd de parten in kleinere stukken. Breng het water met het stuk citroenschil , de rozijnen en de siroop/suiker aan de kook en laat de peren hierin op een laag pitje langzaam gaar worden. Doe de peren zonder het vocht in een schaal. Breng het vocht weer aan de kook , bind het met het meel of de arrowroot en proef of het zoet genoeg is (voeg evt nog wat suiker toe), en giet de saus over de peren in de schaal.
Variatie: Kook een pijpje kaneel of stukjes gember mee in het vocht.